Eyetracking en stroboscopische brillen als trainingsmiddelen op Papendal

De wetenschappelijke begeleiding op trainingscentrum Papendal richt zich al enige tijd op de ogen van topsporters. Door het kijkgedrag van de sporters te meten en vervolgens te verbeteren kan in veel sporten mogelijke winst worden geboekt.  Nederland loopt op dat gebied voorop in de ontwikkelingen van innovatieve methodes om sporters visueel te trainen. Vanuit de Vrije Universiteit werkt Johan Koedijker zelfs als Visual Skills-specialist in het InnoSportLab oop Papendal. Op 17 september organiseert InnoSportNL een Live Sessie Visual Skills waarbij Koedijker de waarde van visuele training zal toelichten. “Ik ben er van overtuigd dat dit soort dingen structureel ingebed gaan worden in de sportpraktijk.”

Johan Koedijker promoveerde als bewegingswetenschapper aan de VU op het aanleren van motorische vaardigheden in de sport. Daarna werkte hij vier jaar in Zwitserland aan de Universiteit van Bern aan onderzoek op de waarnemingskant. Hij werkte daar met verschillende sporters als voetballers en mountainbikers aan hun kijkgedrag. Sinds kort is hij weer terug in Nederland en werkt hij via de VU twee dagen als Visual Skills specialist op het Olympisch Training Centrum Papendal. De VU heeft op het gebied van visuele training wereldwijd een van de beste onderzoeksgroepen, zegt Koedijker.

Koploper

Dat merkte Koedijker onlangs ook bij een wetenschappelijk congres over visuele vaardigheden in de sport. “Ze vinden het in het buitenland ook vooral mooi dat Nederland op het Olympisch trainingscentrum iemand in dienst heeft genomen om die visuele waarneming te trainen.” Zover zijn landen als Engeland, Australië en Duitsland die qua wetenschappelijke ondersteuning voor de sport meer geld en mankracht hebben nog niet. “Qua visuele training ben ik zover ik weet de enige die echt structureel daarmee bezig is. We lopen daarin dus echt voorop. Niet alleen qua kennis, maar ook in het verzilveren van die kennis in de praktijk doen we het erg goed.”

Koedijker is als wetenschapper geïnteresseerd in het toegepast waarnemen op het veld. Vanuit die gedachte werd hij ook als de juiste man bevonden voor op Papendal, waar hij met veel van de  topsportprogramma’s werkt. “Eigenlijk kun je hiermee in elke sport waarbij je je ogen nodig hebt een mogelijke verbetering halen. Bijvoorbeeld Dafne Schippers: als ze met haar ogen dicht loopt, zal ze nooit zo’n strakke bocht lopen. Dus ook daar is een waarnemingscomponent. En dat is trainbaar.”

Eyetracking

De coaches waar hij mee werkt hebben vaak al een al een specifieke vraag. “Soms zijn er atleten die fysiek al heel sterk zijn, maar die kunnen aan de waarnemende kant het spel nog niet goed kunnen lezen. Dan kun je daarmee aan de slag gaan.” Koedijker maakt veel gebruik van eyetracking om het kijkgedrag te meten. “Daar kun je heel veel mee. Je kunt dan mooi zien hoe lang en waar mensen naar kijken. Een mogelijke training die wij geven is gericht op: dit is hoe jij kijkt, dit is waar je naar kijkt en op welk tijdstip. En dat kun je daar weer mooi vergelijken met een hele goeie atleet.”

De technieken die Koedijker gebruikt, gaan steeds verder vooruit.  “Tien jaar geleden moest je nog vastgesnoerd achter een laptop zitten om goede betrouwbare oogdata te krijgen en nu kun je met een eyetraker en een smartphone eraan gekoppeld al heel veel doen.” Die vooruitgang gaat dusdanig snel dat daar steeds meer winst valt te behalen. Bij de VU zijn ze wel overtuigd dat om de waarneming op het veld te verbeteren ook wedstrijd specifieke training nodig is. “Dat gaat ook steeds beter. We hoeven dat niet meer achter een computertje te doen. We kunnen dat nu ook op het veld manipuleren.”

Voor het wegnemen van informatie ligt de toekomst volgens Koedijker in een zogenaamde stroboscobische bril. Zo’n bril kan bijvoorbeeld ingezet worden bij het verbeteren van een basketbalschot. “Er is bewijs uit onderzoek dat hoe later je naar de basket kijkt hoe nauwkeuriger de informatie is van waar die basket zich ten opzicht van jou bevindt. Dan kun je dus een training maken om die info alleen beschikbaar te maken vlak voor de basket.”

Gouden ei

Zijn uitdaging zit vooral in het per sport zoeken naar een oplossing. “Eyetracking  gaat daar een belangrijke rol in spelen. Dat gaat steeds verder.”  Koedijker merkt dat dat soms voor coaches nog niet snel genoeg gaat. Bij het kennismaken krijgt hij vaak gelijk de vraag: wat doe je en wat levert het op? Een terechte vraag, vindt Koedijker. “Coaches willen informatie het liefste gisteren hebben, maar eyetracking is nog heel erg bewerkelijk. Je kan er wel informatie uit halen, maar het duurt wel even voor je dat beschikbaar hebt. Als je dat snel kan… dat is wel het gouden ei waar ik momenteel naar op zoek ben.” 

Johan Koedijker is een van de sprekers tijdens de Live Sessie Visual Skills op 17 september op Papendal. Meer informatie en aanmelden op het Sport Innovatie Platform.

Foto: Christiano Ronaldo aan de slag met een eyetracker. Foto: Facebook InnosportNL