Nederlanders dragen topsportevenementen een warm hart toe en volgen ze massaal via de media. Toch bezoekt slechts een kleine minderheid topsportevenementen. De drempels blijken af te hangen van de mate van betrokkenheid, zo blijkt uit nieuw onderzoek van onderzoeksprogramma MOVES onder bijna 4.000 Nederlanders.
Het onderzoek legt een opvallende paradox bloot. Hoewel 55% van de Nederlanders in 2024 minstens één evenement volgde via televisie of online, was slechts 16% fysiek aanwezig. De interesse is er wel degelijk: een kwart van de Nederlanders geeft aan vaker te hebben willen gaan. Bovendien vindt een meerderheid dat topsportevenementen positief bijdragen aan de samenleving.
Uit het onderzoek komt een rijk spectrum van zes publieksprofielen naar voren. Er is een kleine groep die zich nauwelijks met topsport bezighoudt en er zelden of nooit mee in aanraking komt. Daarnaast is er een grote middenmoot die niet naar het stadion gaat, maar af en toe iets meekrijgt, meestal via media. Binnen deze middengroepen onderscheiden we drie typen die vooral verschillen in interesse en houding: van mensen die het ‘wel leuk vinden als het voorbij komt’ tot degenen die aangetrokken en enthousiast zijn, maar nog niet de stap zetten naar een live ervaring.
Aan de andere kant van het spectrum staan de meer betrokken bezoekers. Sommigen volgen meerdere evenementen actief, beschouwen topsport als een vast onderdeel van hun vrijetijdsbesteding en voelen zich verbonden met het evenementengevoel. Helemaal aan de top bevindt zich een kleine, loyale groep voor wie meerdere topsportevenementen een vanzelfsprekend onderdeel van de agenda zijn en zelfs een stukje identiteit vormen.
“Wat deze profielen vooral laten zien, is dat betrokkenheid bij topsportevenementen gelaagd is,” zegt onderzoeker Jelle Schoemaker. “De één voelt nauwelijks een klik, de ander leeft er zó intens mee dat het onderdeel wordt van wie ze zijn.”
De redenen om niet te gaan verschillen sterk per type, maar laten een consistent beeld zien. Voor wie weinig met topsport heeft, speelt simpelweg gebrek aan interesse. Voor wie wél interesse heeft maar niet gaat, zijn ticketprijzen, bijkomende kosten en reisafstand de belangrijkste barrières. Voor de meest betrokken volgers zijn het juist uitverkochte evenementen en praktische obstakels die in de weg zitten, zoals niemand om mee te gaan.
Met andere woorden: we waarderen topsportevenementen wél, maar het bezoek is voor veel mensen óf te duur, óf te ver, óf te vol — terwijl het volgen via media altijd beschikbaar en toegankelijk is. Als we brede maatschappelijke waarde willen realiseren met topsportevenementen, moeten we beter begrijpen wie we wel en niet bereiken en wat mensen tegenhoudt. Dit onderzoek helpt om keuzes rondom evenementen, ticketbeleid en communicatie daar scherper op af te stemmen.
"We waarderen topsportevenementen wél, maar het bezoek is voor veel mensen te duur, te ver of te vol. Het volgen via media is altijd beschikbaar en toegankelijk"
Opmerkelijk is dat het maatschappelijk draagvlak breder is dan het bezoek doet vermoeden. Een meerderheid van de Nederlanders vindt dat topsportevenementen positief bijdragen aan de samenleving. En hoewel niet iedereen zelf gaat, ondersteunt men wél dat Nederland dergelijke evenementen organiseert en financiert met publieke middelen. Driekwart vindt publieke financiering acceptabel. Gemiddeld gaat het om € 3,80 per volwassene per jaar, maar dat varieert sterk per betrokkenheidstype.
“Dat mensen niet gaan, betekent niet dat ze er niets mee hebben,” benadrukt onderzoeker Wesley van der Breul. “Veel Nederlanders voelen verbondenheid, trots of plezier bij topsportevenementen — maar beleven dat op hun eigen manier, vaak via de media of het nieuws.”
Het onderzoek ‘Bereik, betrokkenheid en draagvlak topsportevenementen 2024’ is uitgevoerd binnen Werkpakket 1 van het programma MOVES (Maatschappelijk Onderzoek Voor Evenementen in Sport). In een online enquête zijn 3.807 volwassenen in Nederland ondervraagd. De steekproef is met wegingen representatief gemaakt voor de Nederlandse bevolking. Er is onder meer gevraagd naar bezoek- en volggedrag, interesse in topsportevenementen, houding (hedonic value, centrality, symbolic value), belemmeringen, intenties voor 2025 en draagvlak voor publieke financiering.
Het onderzoeksprogramma MOVES loopt van 2023 tot en met 2027 en wordt gefinancierd door ZonMw. Het wordt uitgevoerd door HAN University of Applied Sciences, Universiteit Utrecht, het Mulier Instituut en De Haagse Hogeschool.
Credits headerafbeelding: Orange Pictures/Shutterstock