Sportwereld opnieuw getroffen door Koude Oorlog

Keert de Koude Oorlog terug bij de grote sportevenementen? De nasleep van de Winterspelen in Sotsji en de aanloop naar het WK voetbal van 2018 doen het ergste vermoeden. Net als in de vorige eeuw dreigen de wereldgrootmachten opnieuw tegenover elkaar te komen staan – óók in de sport.

Sinds de val van De Muur een kwart eeuw geleden was de Koude Oorlog verdwenen in de internationale sport, maar sinds afgelopen zomer lijkt aan dit intermezzo een einde te zijn gekomen.

De sportorganisaties moeten wennen aan die nieuwe situatie, bleek afgelopen jaar bij NOC*NSF. In november vorig jaar zei directeur Gerard Dielessen dat hij veel respect had hoe Poetin de Winterspelen organiseerde, maar vorige maand was dat compleet anders toen hij op zijn weblog schreef over het bezoek van de Russische leider aan het Holland House: ‘Terugkijkend naar de Olympische Winterspelen kan ik, eerlijk is eerlijk, niet anders dan met gemengde gevoelens terugkijken op die memorabele ontmoeting met Poetin.’

Lees meer: over MH17, Poetin en Mandela door Gerard Dielessen

Russische machtspolitiek
De oude stellingen tussen Moskou en Washington lijken nu opnieuw te worden ingenomen. Rusland, met de Sovjet-Unie als historische voorganger, voert echter al sinds de Tweede Wereldoorlog een olympische machtspolitiek. Waar dit land vóór die oorlog internationale sportevenementen meed, werd in 1951 een olympisch comité opgericht, net als in de DDR. Beide landen wilden daarna lid worden van het IOC.

Hiermee werd geen sportieve behoefte vervuld, maar een geopolitieke. Het was het antwoord van Moskou op het IOC, dat in 1951 het West-Duitse Olympische Comité accepteerde als lid. Het Nieuwsblad van het Noorden analyseerde dit scherp op 12 mei 1951: 'Het is denkbaar, dat de Russen de Olympiade-gedachte willen gebruiken om het mislukte gesprek tussen Oost en West-Duitsland via de sport toch nog te forceren. Wanneer hier opzet achter zit, getuigt het in elk geval van een weergaloze handigheid zelfs de sport voor de politiek te spannen.’

Amerikaanse machtspolitiek
Washington is al ruim een eeuw het andere centrum van olympische machtspolitiek. Dat blijkt onder meer uit een geheim document van de CIA over de Amerikaanse boycot van de Zomerspelen van 1980 in Moskou: Impact of economic denial measures on the USSR. Dat onderzoek is inmiddels vrijgegeven en toont de ware beweegreden om geen Amerikaanse sporters naar Moskou te sturen.

Zo'n sportieve boycot was de goedkoopste manier om zoveel mogelijk Russisch gezichtsverlies te veroorzaken. Van een handelsboycot zouden Amerikaanse bedrijven evengoed slachtoffer worden en dat werd te duur. Zo ontstond de idiote situatie dat er in 1980 géén Amerikaanse sporters in Moskou waren, maar wél Amerikaanse producten. Sterker: Coca-Cola was de officiële frisdrank van Moskou 1980.

Het WK geopolitiek van 2018
Met de huidige spanningen mogen we er rekening mee houden dat er nieuwe politieke problemen komen voor de internationale sport. Het geopolitieke hoogtepunt van de komende jaren wordt ongetwijfeld het WK voetbal van 2018 in – jawel – Rusland. Na de Olympische Spelen is dit tenslotte het grootste sportevenement ter wereld en daarmee het ideale podium voor machtspolitiek.

Poetin maakte deze week de opmerking dat voetbal en politiek niets met elkaar te maken hebben, wat volgens hem door de FIFA wordt beaamd. Politieke krachten aan de andere kant van het veld beraden zich juist op een boycot of andere maatregelen. Net als in de vorige eeuw dreigt daarmee de internationale sport een speelbal te worden op het veld van de sportieve machtspolitiek.

De internationale sportwereld laat zich gijzelen door de wereldpolitiek. Mijn uitgebreide historische en politieke analyse staat op Blendle - hier lezen voor 28 cent.

Afbeeldingen: Twitter BBCLF