Beleving van sportevenementen 1.1

Binnen de opleiding Vrijetijdsmanagement van de NHTV internationaal hoger onderwijs Breda en de leeronderneming Trequartista-NHTV van de specialisatie Sportmanagement staat Imagineering (‘het creëren van betekenis- en belevenisvolle concepten’) centraal. In een drieluik licht ik, door het gebruik van voorbeelden op het gebied van sportevenementen, de verschillende theorieën en modellen toe die van invloed zijn op de beleving van personen. Deze theorieën en modellen komen voort uit het gedachtegoed van Imagineering. Allereerst zal ik benoemen wat de definitie van beleving is.

Ultieme ervaring
Het Engelse ‘to experience’ betekent zowel beleven als ervaren. Beleven betreft het fysieke proces, iets lichamelijks. Ervaren daarentegen is een mentaal proces. Daarnaast is de term beleving iets persoonlijks, iedereen beleefd of ervaart een gebeurtenis anders. Een belangrijk fenomeen van beleving is de flow, een punt in je beleving dat je volledig op gaat in de sport (gebeurtenis) en afgesloten bent van invloeden van buiten af. Dit is de ultieme beleving en als organisatie van een sportevenement streef je dit bereiken bij je bezoekers. De vraag is echter hoe bereik je dit?

Volgens Pine en Gilmore is een belevenis zeer persoonlijk en memorabel. Men wordt emotioneel, fysiek, intellectueel of zelfs spiritueel geraakt. Echter kan de experience positief of negatief zijn. Bijvoorbeeld het bijwonen van een geweldige sportwedstrijd kan een positieve belevenis creëren, maar als de service van de horecagelegenheid in het stadion zeer slecht is, resulteert dit waarschijnlijk in een negatieve indruk. Het gaat er vanzelfsprekend om positieve belevingsmomenten te creëren. 

Persoonlijke, sociale en fysieke context
Een ieder onderstreept het feit dat een beleving of ervaring persoonlijk is. Het model van Falk en Dierking ondersteunt dit gegeven door in het model te schetsen dat de beleving van individuen wordt bepaald door de persoonlijke, sociale en fysieke context. De persoonlijke context wordt gekenmerkt door verwachtingen en eerdere ervaringen van de consument, gekoppeld aan een sportevenement betekent dit dat de vraag gesteld kan worden of iemand al eerder naar het sportevenement is geweest of dat de persoon bekend is met de sport.

De sociale context slaat op de samenstelling van het gezelschap. Komt een bezoeker alleen of komt hij/zij met familie? Tevens is het contact met andere bezoekers van belang. Is het druk of juist heel rustig? Dit wordt namelijk ook meegenomen in de waardering. Gekeken naar het voorbeeld worden er twee aspecten belicht, in welk gezelschap komt de bezoeker naar het sportevenement en welke/hoeveel andere bezoekers komt diegene tegen?

Als laatste wordt de fysieke context benoemd. Hierbij wordt de fysieke omgeving aangegeven als punt van waardering, waarbij ‘gescoord’ kan worden op drie aspecten. De vormgeving van het gebouw, de indeling van de omgeving en het gevoel dat de omgeving oproept bij de bezoeker. Bij een sportevenement zou dat betekenen dat de plek waar de wedstrijd zich afspeelt van cruciaal belang is, maar ook de indeling van het stadion of gebied (bijvoorbeeld logische plekken van sanitaire voorzieningen). Daarnaast moet de locatie een bepaald gevoel oproepen, zo hebben mensen een ander gevoel bij het Olympisch Stadion dan bij het Gelredome. Nu is het de kunst deze drie contexten door te vertalen naar een sportevenement. Zoals waarschijnlijk ook te merken is, kunnen velen vragen onder de drie contexten geplaatst worden en hopelijk beantwoord. Het model van Falk en Dierking is een goed hulpmiddel om een sportevenement deels te analyseren en uiteindelijk vorm te geven.

Lees hier deel 2: Beleving van sportevenementen (door Niko Moreno Ruiz)

Lees hier deel 3: Beleving van sportevenementen (door Jeroen Burgs)

Anton Woldhek - Trequartista
@_Trequartista_