Zou de afwezigheid van sportminister Edith Schippers, afgelopen woensdag bij de Olympische ploegoverdracht een politieke aanwijzing zijn? Of moest zij op de voorlaatste vergaderdag van de Tweede Kamer om begrijpelijke redenen prioriteiten stellen die zodoende ietwat nadelig uitvielen voor de bijna 180 atleten die over een kleine drie weken in London aan hun Olympische competities beginnen?
Feit is dat het onderwerp Sport helaas geen belangrijk thema gaat worden in aanloop naar de parlementsverkiezingen op woensdag 12 september. Dat is de eenvoudige conclusie na lezing van alle (concept) verkiezingsprogramma’s die de afgelopen dagen zijn gepubliceerd. Beetje teleurstellend vind ik eigenlijk wel.
VVD, CDA, SP en PvdA spenderen gelukkig wel een paar waardevolle passages aan wat sport voor de samenleving kan betekenen, de andere partijen laten dit belangrijke maatschappelijke thema zo goed als onbesproken. Zouden de politici straks voor een momentje ook niet even bijvoorbeeld Esther Vergeer willen zijn? Hier en daar wel woorden, maar zeker nog geen daden, om maar eens bekende sportbeeldspraak te gebruiken.
Dat is opvallend omdat Sport als maatschappelijk middel de laatste tijd steeds meer in de belangstelling is komen te staan. Sport is hip en cool. Om zelf te doen natuurlijk, of om passief van te genieten. Of allebei. Kijk eens naar de overweldigende (media)aandacht die sport tijdens deze ‘Sportzomer’ dagelijks weet te genereren. Ik zie zelfs dat de dagbladen sportnieuws (behalve op de voorpagina en in het sportkatern) steeds meer voorin de krant publiceren. Ik heb daarnaast respect voor de Publieke Omroep (NOS, Omroep MAX, TROS en VPRO) die in aanloop naar de Olympische Spelen verschillende documentaires en reportages op radio, televisie en internet publiceert, die een prachtige inkijk geven in wat topsporters er allemaal voor over moeten hebben om straks in London te kunnen presteren, excelleren en wat daarvan de maatschappelijke impact is.
Terecht reppen de verkiezingsprogramma’s die Sport wel als onderwerp hebben omarmd over het belang van de verdere ontwikkeling van de breedtesport. Sport voor iedereen dus.
De VVD zegt: kinderen moeten liefst 3 uur per week sporten in het basis-, beroeps- en voortgezet onderwijs.?
De SP zegt: breedtesport moet worden gestimuleerd door voldoende sportonderwijs door vakleerkrachten.?
De PvdA zegt: sport zorgt een preventieve werking in de zorg en sport verbroedert.?
Het CDA zegt: sport is maatschappelijk goud dat moet worden verzilverd.
Mooie en terechte ambities, maar de vraag is hoe deze te verwezenlijken? De VVD zegt als enige iets over extra financiële inkomsten uit de kansspelwetgeving. Behalve een paar goed bedoeld geformuleerde intenties verder geen concrete oplossingen voor bijvoorbeeld het tekort aan sportaccommodaties in steden en dorpen en verplicht gymnastiekonderwijs op de basisscholen.
Laten we er van uit gaan dat de sportieve topsportprestaties, die de atleten van ons Olympic Team Netherlands straks gaan leveren in London, ook onze vaderlandse politici enthousiasmeren tot het maken van de voor de hand liggende keuzes bij de kabinetsformatie. Het thema in London is niet voor niets Inspire a Generation! Kijk maar eens naar dit filmpje.
Behalve de nationale breedtesport ambitie, iedereen moet kunnen sporten, willen we ook bij de beste tien sportlanden ter wereld behoren. VVD, CDA en PvdA onderschrijven deze ‘Olympische’ ambitie gelukkig in verschillende bewoordingen. Dat is goed nieuws. Over de organisatie van de Spelen komen we later in dit decennium nog wel te spreken als we ons land ‘figuurlijk’ op Olympisch niveau hebben gebracht. Laten we vooral ambitieus blijven en onze dromen koesteren. Willen we de verdere sportontwikkeling in ons land een serieuze kans geven tijdens de komende kabinetsperiode dan zullen we blijvend moeten investeren in onze ambitieuze topsportambities. Top- en breedtesport kunnen echt niet zonder elkaar.
De ‘aanjaagfunctie’ van topsport is essentieel om sociale samenhang te creëren; om talentontwikkeling te stimuleren; om helden te hebben die als voorbeeld de juiste weg kunnen wijzen; om innovaties mogelijk te maken; om extra economische inkomsten te generen bij grote sportevenementen; etc. etc. Zo bedraagt de economische waarde van sport jaarlijks meer dan 8 miljard euro.
Daarnaast is de ‘aanvoerfunctie’ vanuit de breedtesport ook onontbeerlijk. Zonder de 25.000 sportclubs, de bijna 5 miljoen georganiseerde sporters, met al haar vrijwilligers geen ‘Olympische’ helden.
De 75 sportbonden hebben in de afgelopen twee jaar een mooie Sportagenda 2013 – 2016 gemaakt: Sport Inspireert.
Daar mogen ze van zelfsprekend vrijelijk uit putten en zich door laten inspireren. De komende weken zullen verschillende politici uit het hele land, ondanks het terughoudende beleid, tijdens de Spelen in London zijn om te genieten van de mooie sport en zich te profileren. Niets mis mee.
Het levert immers mooie en electoraal sympathieke beelden op. NOC*NSF bestaat dit jaar honderd jaar. Wat zou het een mooi cadeau zijn als de nieuwe Tweede Kamer en het nieuwe kabinet straks meer werk en gebruik gaan maken van de maatschappelijke kracht van sport dan we tot nu toe hebben kunnen teruglezen in de verkiezingsprogramma’s. Wellicht dat de jubileum-site van NOC*NSF de politici ook van de nodige inspiratie kan voorzien. Want iedereen moet immers kunnen sporten.
Dit artikel is eerder verschenen bij BKB Campaign Watch en is met goedkeuring van de auteur geplaatst.