‘Gouden duo’ Kramer en Wüst gaf het schaatsen een nieuw gezicht

Je kunt het je bijna niet voorstellen. Geen Sven Kramer of Ireen Wüst als dominante strijders in het Nederlandse schaatsen. De betekenis voor de Nederlandse sport van het helden-duo is niet in woorden te beschrijven. Naast ongekend veel talent en doorzettingsvermogen is het ‘gouden duo’ onmiskenbaar het uithangboord geweest waar de Nederlandse schaatsfan zich aan optrok op het moment dat de schaatssport aan vergrijzing en een heftige sponsorstrijd ten onder dreigde te gaan.

Deze blog is geschreven met medewerking van Chris Woerts.

Het was een gouden geep van TVM CEO Arjan Bos, gesteund door visionair Patrick Wouters van den Oudenweijer van House of Sports, om Kramer en Wüst in 2005 samen te brengen in de TVM-schaatsploeg. Daarna bleek het legendarische duo 15 jaar vrijwel onverslaanbaar. Een schaatshuwelijk met TVM dat tot en met 2014 zou duren. Daarna denderde de succestrein door in andere teams. Half maart tijdens de wereldbekerfinales in Heerenveen draaien Wüst en Kramer voor een vol Thialf hun laatste rondjes. Het einde van een bijzonder tijdperk in de Nederlandse sport.

Voor Ireen Wüst waren de Olympische Winterspelen in Peking het zoveelste hoogtepunt in een unieke carrière. Ze won opnieuw een gouden medaille op de 1.500 meter. Wüst werd daarmee de eerste atleet die op vijf verschillende Olympische Spelen een individuele gouden medaille pakte en de oudste kampioene van goud bij het langebaanschaatsen. Wüst is met zes gouden, vijf zilveren en een bronzen olympische medaille de meest succesvolle Nederlandse deelneemster aan de Olympische Spelen ooit en werd de eerste schaatsster die twaalf Olympische medailles won.

Sven Kramer kwam zonder medailles uit China terug. Zijn kwetsbare rug stond olympisch succes in de weg.

Tegen heilige huisjes aan schoppen

Sven en Ireen deden ruim vijftien jaar veel meer dan ‘alleen maar’ hard schaatsen. Ze gaven de sport een gezicht en karakter, juist op het moment dat daar behoefte aan was. Sven schroomde niet om tegen heilige huisjes aan te schoppen, om de ‘bobo’s’ van de KNSB te zeggen waar het op stond als het om de belangen van schaatsers ging. Hij had zijn woordje klaar. Nooit bozig, maar altijd onderbouwd met argumenten. Hij kon vilein uit de hoek komen waarmee hij zijn tegenstanders ook verbaal in de hoek zette.

Met Wüst is het niet anders. Van het lieve meisje uit de provincie ontwikkelde zij zich tot een volwassen sportvrouw die wist wat ze wilde en waarbij leeftijd geen rol speelde. Ze kwam op voor emancipatie in de sport, gelijke beloning en toen ze even zonder sponsor zat en er geen inkomsten waren zag ze af van salaris, waardoor de overige ploegleden wel konden worden betaald. Ook dat is Ireen Wüst.

Wennen aan uitgesproken Kramer en Wüst

Toen Wüst en Kramer in 2005 tekenden bij TVM was er nog geen IPhone, Twitter of Instagram, maar alleen het zoete Hyves. Je belde elkaar nog gewoon en WhatsApp was nog niet eens in de ontwerpfase. Sporters ‘maakten stapjes’ en gingen zich niet te buiten al te wilde doelstellingen.

De wereld van ‘doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg’ en waar de woorden van Joop Zoetemelk uit vele Tour de Frances de norm werden. ‘Parijs is nog ver, er kan onderweg nog veel gebeuren’. Nederland moest wennen aan Sven Kramer. Uitgesproken en scherp.

Hij leende van de Amerikaanse schaatser Chad Hedrick het ‘second is the first place of the losers’ en had het bravoure van Lance Armstrong. Het alles onder controle willen hebben, alles weten tot de beurskoersen aan toe en vooral duidelijk maken dat alleen goud of een titel telt. Het maakte hem in die dagen niet populair.

Weerstand

Tijdens een interview voor Helden Magazine op een zonnig terras aan de Italiaanse kust, zette Kramer scherp de betekenis neer van het succesduo voor het Nederlandse schaatsen en in een bredere context ook voor de Nederlandse topsport. “Ik denk wel dat wij wat teweeg hebben gebracht binnen het schaatsen en de Nederlandse sport, zowel sportief als commercieel. Dat hebben we in onze beginjaren ook samen met TVM gedaan. Ireen en ik zijn lange tijd dominant geweest en hebben voor continuïteit in titels gezorgd. Daarvóór was het allemaal relatief vluchtig. Schaatsers presteerden vaak een jaar of drie goed. En ploegen kregen snel een andere naam.”

“Ireen en ik hebben zeker in de omgang richting publiek en media een verandering teweeggebracht. Ik denk dat wij, misschien ik wel iets meer dan Ireen, nooit bang zijn geweest om onze ambities uit te spreken. Wij zeiden dat we maar met één resultaat tevreden waren: goud. Dat was rond onze eerste Spelen in Turijn, in 2006, niet heel gebruikelijk in de Nederlandse sport. Sterker nog: daar was behoorlijk weerstand tegen in het begin. Ik heb er nooit wakker van gelegen dat mensen er wat van vonden als ik iets riep. In deze tijd is het veel normaler dat sporters hun ambities hardop uitspreken. Kijk naar Max Verstappen en Mathieu van der Poel. Nu vindt iedereen het gaaf dat zij roepen dat ze alleen tevreden zijn met de winst.”

Selfies in olympisch dorp

De altijd nieuwsgierige Wüst en Kramer groeiden al bij TVM mee met nieuwe sponsorontwikkelingen. De verzekeraar wilde vooroplopen met videocontent en Sven en Ireen zagen niet alleen dat deze ontwikkeling steeds belangrijker zou worden, maar zeker Sven bemoeide zich ook met het marketingbeleid van de sponsor. Dat moest ook van het allerhoogste niveau zijn. Dus de makers van de videocontent werden even scherp aangepakt als zijn collega-schaatsers.

Zo gooide TVM bij de Olympische Spelen in 2014 in Sotsji een behoorlijke steen in de vijver toen er voor het eerst in de historie van NOC*SF ‘selfies’ werden gemaakt in het olympisch dorp. Ireen moest alleen wel overtuigd worden. Daar zette TVM social media-strateeg Gijsbregt Brouwer voor in. Bij de inleidende sessie ging ze demonstratief met de rug naar Brouwer zitten, maar toen hij haar wist te raken was het vooral Wüst die in Sotsji de beste ‘selfies’ maakte.

Ze voelde de trend richting digitale exposure snel aan. Nu heeft Jutta Leerdam meer dan 2 miljoen volgers op Instagram en is vooral deze exposure bijna net zo belangrijk geworden als sportief presteren. Sven en Ireen inspireerden verder miljoenen mensen, ze waren geen muurbloempjes, geen dertien in een dozijn, maar sterke karaktermensen. Meedogenloos op de baan en meedogenloos erbuiten als de omstandigheden dat vroegen, Maar ook met een hart van goud, loyaal en realistisch. Niet wegduiken, maar op de barricades als het nodig was.

Collectieve geheugen van Nederland

Zo zal sportminnend Nederland Sven en Ireen herinneren. Ze staan in het collectieve geheugen van Nederland. Nog decennialang zal in de canon van de Nederlandse geschiedenis op scholen hun naam worden genoemd, als boegbeelden van niet alleen de sport, maar ook vanwege hun voorbeeldfunctie als nuchtere betrokken en kritische Nederlanders. Geen verborgen agenda, het vizier op de toekomst en op verbetering gericht.

Maar de Nederlandse sportwereld krijgt ook de komende jaren nog met het gouden duo te maken. Ireen probeerde al, maar zonder succes, in de atletencommissie van het IOC te komen en zou zo maar het volgende Nederlandse IOC-lid kunnen worden of de eerste vrouwelijke Chef de Mission.

Sven Kramer gaat, met als coach zijn goede vriend en succesvol zakenman Robert van der Wallen, deel uitmaken van de directie van Team Oranje, de holding boven de schaats- en wielerploeg van Jumbo-Visma. Hij zal daar zeker de scherpte zoeken als het gaat om ‘winnen’ en sportieve doelstellingen. Zijn mededirecteuren Richard Plugge, Merijn Zeeman en Jac Orie gaan merken dat de topsporter Sven Kramer geen concessie doet als het om een winnende route gaat. Want winnaars hebben in de wereld van Kramer een plan en verliezers vooral een excuus.

Lees ook een eerdere blog van Jaap Stalenburg en Chris Woerts, waarin ze de commerciële potentie van het schaatsen onderzoeken.

Headerfoto: Iurii Osadchi / Shutterstock.com