Technologie voorkomt hersenbeschadiging bij balsporten

Bij veel sporten krijgt het hoofd het zwaar te verduren. Koppen in het voetbal, een tackle bij rugby of een bal tegen je hoofd bij hockey, ogenschijnlijk allemaal erg onschuldig en onderdeel van de sport maar uit verschillende onderzoeken komt steeds vaker naar voren dat de klappen, vooral op lange termijn, de hersenen blijvend beschadigen. De sport kan (en moet) zich aanpassen maar technologie ontwikkelt zich sneller. Binnenkort meten we hoe hard de impact was en of misschien beter even rust kunnen nemen. Het zou goed zijn als de bonden hier alvast mee gaan experimenteren.

Een gevaarlijke combinatie

De discussie moet in Nederland nog losbarsten maar in de Verenigde Staten worden al verhitte discussies gevoerd over de impact op het hoofd tijdens het sporten en de gevolgen (op lange en korte termijn). De sporten met een hoge snelheid (zoals vallen van de fiets op het asfalt of onderuit gaan bij skiën) liggen voor de hand maar ook de veld- en zaalsporten komen steeds meer in beeld. Er zijn duidelijke aanwijzingen dat het regelmatig hard raken van het hoofd tijdens sporten (koppen bij voetbal, tackles bij rugby en stoten bij boksen) op de lange termijn leidt tot trauma's van de hersenen. Sportbonden moeten sporters voorlichten en begeleiden. Er loopt in de Verenigde Staten een proces tegen de NFL waarin de extreme gevolgen, zoals depressie en zelfs zelfmoord, als gevolg van beschadigde hersenen wordt geclaimd.

Frequentie en impact

In de discussie gaat het naast de harde contactsporten (zoals boksen en rugby) steeds vaker over gewone balsporten (zoals voetbal en hockey). Discussiepunt is niet alleen de directe schade (zoals een hersenschudding) maar de opeenstapeling van lichte beschadigingen. De boosdoener is bij de laatstgenoemde vaak lastig te bepalen. Onder het motto 'voorkomen is beter dan genezen' is het nodig om bescherming te dragen en de regels aan te passen. Bonden zouden hierin het voortouw moeten nemen. Minstens zo belangrijk is te bepalen wanneer een kritiek punt wordt bereikt. Mag iemand terug het veld in of juist niet? Twee technologische ontwikkelingen geven antwoord op de laatste vraag.


CheckLight
De eerste ontwikkeling is CheckLight, ontwikkeld door de sensorfabrikant MC10 en het bekende sportmerk Reebok. Het ontwerp is vergelijkbaar met een bandana (Reebok) en voorzien van een aantal slimme sensoren (MC10). Een eenvoudig lampje geeft aan of je terug mag op het veld. Geel is lichte impact en rood is zware impact. Zodoende kant atleet zelf bepalen of hij terug in het veld kan/wil. Reebok benadrukt dat dit een product is voor alle sporters, niet alleen voor de professionele sporters. Bij uitstek een voorbeeld van democratisering van de atleet.


xPatch
De sensor van X2 biosystems, de xPatch, wordt bevestigd achter het oor. De 2 gram wegende pleister communiceert in realtime met de apparatuur langs de kant van het veld. De sensor richt zich vooral op balsporten met geregeld fysiek contact en is uitvoerig getest in lacrosse, ruggy en voetbal. 12 NFL teams werken al met de sensoren van X2.

Aan de slag!
De ontwikkelingen gaan razendsnel en bieden sportbonden de kans om hun leden gezonder te laten deelnemen aan hun favoriete sport. Het is aan de bonden om ook echt aan de slag te gaan met deze ontwikkelingen en daarnaast goed te kijken naar de regelgeving binnen de sport. Experimenteren met deze technologie, gecombineerd met betere bescherming en nieuwe regels lijkt me de eerste stap.

Persoonlijk verwacht ik dat deze data, net zoals bijvoorbeeld hartslag, een standaard onderdeel worden van elke atleet die aan sporten doet met geregeld fysiek contact. De amateursporter checkt de meters op zijn eigen smartphone of device en bij professionele sporters zien we waarden vanzelf verschijnen op TV of op het tweede scherm.  

Bronnen: ScienceMag - Suntimes - Numrush
Afbeeldingen: MC10inc.com - x2Biosystem.com