Over de waarde van grote sportevenementen

Er is de afgelopen dagen veel gezegd en geschreven over de gevolgen van het mislukte WK 2018 bid voor bijvoorbeeld het Olympisch Plan 28. Grote woorden vaak en veel te snelle conclusies, naar mijn idee. Want laat ik eerst beginnen met een hele simpele: daar waar vier landen aan een wedstrijd beginnen, kan er uiteindelijk maar één winnen. Het is net een sportwedstrijd.

Bovendien vind ik Rusland een prima winnaar. Niet omdat ik dat al tijden had voorspeld. Natuurlijk, ook ik had veel en veel liever gezien dat alle mooie, enthousiaste en oprechte inspanningen van Harry Been, Ruud Gullit en al hun medewerkers tot een klinkende overwinning hadden geleid. Maar dat heeft niet zo mogen zijn. En ik denk eerlijk gezegd ook dat het gebrek aan enthousiasme in, laat ik maar zeggen, brede delen van onze samenleving de keuzeheren van de FIFA niet richting Nederland en België hebben geholpen. Dat is wat mij betreft dan ook een van de lessen die wij, wij van de sport dus, ons zeer ter harte moeten nemen als het gaat om het invullen van onze ambities in de toekomst. Want het niet krijgen van het WK 2018 betekent absoluut niet dat we in de toekomst geen grote zogenoemde sportevenementen naar Nederland kunnen halen. Integendeel. Daar kom ik zo op terug. Maar als het gaat om het genereren van enthousiasme kunnen wij nog wel wat van de Russen leren. Kijk maar eens naar deze twee video’s. Nederland Rusland Kippenvel bij de laatste.. Zeg niet dat de Russen het niet kunnen. Rusland is mooi land om een dergelijk groot evenement te organiseren. Zowel de organisatie van de Olympische Winterspelen in Sochi 2014 als nu dan ook het WK voetbal in 2018 zijn van enorme betekenis voor de ontwikkeling van de sportdeelname van de Russen, waar het nu droevig mee is gesteld. Daar waar in Nederland de ambitie is uitgesproken om de sportparticipatie in 2016 te hebben verhoogd van 65 naar 75%, sport in Rusland nog geen tien procent van de bevolking. Onder studenten is dat percentage ongeveer 35% en van de kinderen tussen 6 tot en 15 jaar doet ongeveer een vijfde actief aan een sport. In die zin is Rusland dus nog een sportontwikkelingsland, weliswaar met grote potentie. De komende grote sportevenementen zullen de Russische overheden, maar ook de samenleving zelf stimuleren om sport als middel te gaan inzetten voor een betere en gezonde samenleving. Daar ben ik van overtuigd. En van uit dat perspectief is de keuze voor Rusland dus helemaal niet raar. Eind januari ga ik zelf voor het eerst naar Sochi. Heel benieuwd natuurlijk. De gevolgen voor Nederland Ik vind dat we, ook na deze teleurstelling (jazeker ik ben ook teleurgesteld, want ook ik wil altijd winnen), met volle kracht door moeten gaan met de uitvoering van het Olympisch Plan 28. Dat betekent dat we Nederland in 2016 echt op Olympisch niveau moeten hebben. En vanuit NOC*NSF betekent dat: structureel een plaats in de top tien van de wereld en de verhoging van de sportparticipatie van 65 naar 75%. De organisatie van grote sportevenementen helpt enorm bij het realiseren van deze doelstellingen. Wat dat betreft kijk ik uit naar het Europees Jeugd Olympisch Festival in 2013 in Utrecht. Kijk eens naar het (in dit geval wel) enthousiast makende filmpje dat wij vorige week tijdens de General Assembly van het European Olympic Committee lieten zien. Ik kijk echt uit naar die Europese variant van de Youth Olympic Games. Overigens goed om te weten dat we ook nog kunnen besluiten om te pogen de YOG in 2018 naar Nederland te halen. Een interne werkgroep bij NOC*NSF buigt zich op dit moment over die vraag. Zou mooi zijn als dat lukt, nu we het WK toch niet hebben gekregen. Want ik ben er van overtuigd dat dit evenement een belangrijke bijdrage kan leveren aan, zoals ik het altijd zeg, het met sport een klein beetje beter maken van onze samenleving.