7 redenen waarom de toekomst er voor het veldrijden goed uitziet

Sportminnend België (lees Vlaanderen) is al enige tijd in de ban van de blessure van Wout van Aert. Wout van Aert is de regerend wereldkampioen veldrijden. De jonge Belg en de Nederlander Mathieu van der Poel gaan aanstaande zondag zeer waarschijnlijk uitmaken wie de wereldtitel pakt in het veldrijden, ook wel cyclocross genoemd. In België is de sport ongekend populair – vergelijkbaar met schaatsen in Nederland. In ons land begint de interesse te groeien. Het is tijd voor bedrijven om aan te haken bij de populariteit van het veldrijden.

Om mijn verhaal wat kracht bij te zetten, begin ik dit artikel met een aantal cijfers. In 2016 keken Vlamingen massaal naar veldrijden. Golazo, dat een vrij groot deel van de crossen in de portefeuille heeft, maakte in december mooie kijkcijfers bekend. Vijf crossen in België werden door 365.325 meer mensen bekeken dan het jaar ervoor. In totaal hadden de vijf races meer dan drie miljoen kijkers. Bijna elke veldrit wordt live uitgezonden; op zowel publieke als commerciële zenders, en ook achter een betaalmuur. Met de exposure zit het dus wel goed, maar er zijn meer redenen waarom de toekomst van het veldrijden er goed uitziet.

1. Tweestrijd tussen Mathieu van der Poel en Wout van Aert. Elke sport is gebaat bij een goede rivaliteit. Denk maar aan Björn Borg vs John McEnroe, James Hunt vs Niki Lauda of recenter Connor McGregor vs Nate Diaz. Een duel tussen de twee besten in hun sport tilt die sport bijna automatisch naar een hoger level en zorgt voor meer exposure. En laten er in het veldrijden nu twee jonge, enorm talentvolle coureurs rondrijden die zeer aan elkaar gewaagd zijn. Van der Poel en Van Aert (beiden 22 jaar en al eens wereldkampioen) zijn de twee renners die het veldrijden nu én in de toekomst kleur gaan geven. Ideaal om je als merk aan te verbinden.

2. Veldrijden is een volkssport. Hoewel de sport nieuwe afzetmarkten opzoekt, zoals de Verenigde Staten en China, omarmt veldrijden de lokale gemeenschap. Zoals Gijsbregt Brouwer in zijn vijf sporttrends voor 2017 aangaf zijn lokale relevantie en betrokkenheid de indicatoren van succes in 2017. Het veldrijden is een echte volkssport en met name in Vlaanderen enorm populair. Daarom worden in die regio de meeste wedstrijden verreden en worden dorpen en steden nauw betrokken bij de organisatie van races.

3. Veldrijden voldoet aan de voorwaarden van een goede mediasport. Het is algemeen bekend: we kijken steeds minder televisie en besteden meer tijd op andere devices. Sport moet spannend zijn, dynamisch en snelheid hebben. Veldrijden voldoet hieraan. Races duren over het algemeen niet langer dan een uur, vanaf het startschot is er strijd, er zijn niet te veel regels, de wedstrijd ligt nooit stil en het is niet voorspelbaar. Daar komt bij dat Van der Poel zich buiten de crossbaan spontaan en authentiek presenteert. Hij zegt wat hij denkt en is daarmee een uitzondering in de (Nederlandse) sportwereld.

4. Veel zichtbaarheid voor sponsoren. De renners rijden tijdens wedstrijden meerdere keren hetzelfde rondje. Bedrijven zijn dus vaak in beeld. Daarnaast zijn de kijkcijfers in Vlaanderen (en ook steeds vaker in Nederland) hoog. Bovendien is de UCI (Internationale Wielerunie) de laatste jaren meer gaan inzetten op nieuwe media, maar valt er tegelijkertijd nog een wereld te winnen voor innovatieve bedrijven die in de sport stappen.

5. Veldrijden vindt plaats in een gunstige periode. Het seizoen begint eind augustus en eindigt in februari. De belangrijkste wedstrijden vinden plaats tussen oktober en eind januari. Er is dus nauwelijks overlap met het wegseizoen, het voetbal in Nederland ligt gedurende deze periode een tijdje stil en er is geen Formule 1. Veldrijden concurreert wel met schaatsen in Nederland, maar er zijn kansen te over om met kerst en rond oud en nieuwe mooie races te organiseren. Er liggen veel mogelijkheden om van veldrijden dé wintersport te maken.

6. Duurzaam business model. In het veldrijden worden er in tegenstelling tot wegwielrennen inkomsten vergaard door middel van ticketing. De renners leggen een afgesloten parcours af en daarom kan de organisatie tickets verkopen. Dit maakt het business model van veldrijden gezonder dan van wegwielrennen, waar men vrijwel volledig afhankelijk is van sponsoring.

7. Fietsen is populair. Jarenlang was Nederland de eenzame koploper als het ging om het aantal mensen dat fietst. De laatste jaren hebben ook veel andere landen de fiets ontdekt. China gaat met de tweewieler de vervuiling in de grote steden tegen, Rusland wil met behulp van de fiets het verkeer beter laten doorstromen en in New York worden steeds meer fietspaden aangelegd. Kortom: 'wij' zijn niet langer de enigen die fietsen, waardoor je als brand een grote potentiële groep geïnteresseerden kunt aanspreken.

Voor bedrijven die zich nog voor het WK willen verbinden aan veldrijden, is het te laat. Maar zet je televisie zondagmiddag om 15.00 uur aan (zowel de NOS als Sporza doet live verslag) en ontdek de potentie van deze sport.

Video: Sven Nys verkent het WK-parcours


 
Lees ook:

Headerfoto: Flickr (CC) Roel Driever