In Australië is zo’n anderhalve week geleden het wielerseizoen 2017 begonnen. Er zijn romantici die wachten tot de Omloop het Nieuwsblad als officieel startschot, maar hier op SPORTNEXT moeten we de Tour Down Under omarmen. Een koers met een meute fanatieke toerrijders in het kielzog, een legend dinner, aandacht voor stadsfietsers, dames,- en herenwedstrijden, een criterium en met een werkend extreme weather protocol. Een waardig en dynamisch begin van het seizoen voor een sport in beweging.
Vorig jaar schreef ik hier dat de wielersport aan het kantelen was, twee weken geleden stond er een mooi stuk over een kantelaar (BEAT Cycling Club) op SPORTNEXT. Ik wil hier nog een aantal mooie ontwikkelingen die ons dit seizoen te wachten staat noemen.
ZIE OOK: BEAT Cycling Club wil met clubmodel revolutie teweegbrengen in wielrennen
Nieuwe koersen
Velon komt met een eigen serie aan koersen waarbij de teams eigenaar zijn van de competitie. Een eigen koers met flitsende wedstrijdvormen. Een boeiend en begrijpelijk verloop van de koers is goed voor de houdbaarheid van de sport. Als het aanslaat is het ook goed voor de teams; meer (potentieel) bereik, controle en inkomsten. De koers gaat de International Team Challenge heten met wedstrijden in Limburg, Zwitserland en Zuid-Afrika. Eind januari volgt de presentatie. De wedstrijdopzet zal elementen uit het baanwielrennen kennen zoals een ploegenachtervolging. Lees meer.
In eigen land wordt de Slag om Norg een 1.1 koers. Dit is het niveau waarop je ook WorldTour-teams aan de start krijgt. Drenthe werkt hard aan de gastvrijheid voor de fiets en met evenementen als de Drenthe200 en de Slag om Norg zijn er koersen en tochten die in ons vlakke land vol drempels, stoplichten en rotondes wél mooie hindernissen buiten Limburg weten te bieden.
Maar ook in de hoofdstad kunnen de fans hun hart ophalen. Als het een beetje meezit dan krijgt Amsterdam dit jaar namelijk een heuse nocturne. Een begrip in Londen: 'The UK's biggest and best night time criterium - Every summer in the heart of the city.' Sinds de introductie van Team Sky in het wielerpeloton zijn de Britten de trendsetters.
Nieuwe doelen
De Nederlandse toppers op de weg gaan dit jaar stuk voor stuk voor de winst. Nadat jarenlang de focus op de Tour de France lag, lijkt er sinds 2015 meer realisme in de programmakeuzes. Met de recente keuze van Robert Gesink om een klassement in de Tour te vergeten en de focus van onder anderen Tom Dumoulin, Bauke Mollema en Steven Kruijswijk op de Giro d’Italia krijgen we van maart tot en met september vuurwerk van onze toppers.
Nieuwe technieken
Wielrennen bood al de mogelijkheid om de routes van de profs te rijden, maar je kunt nu ook tégen de profs strijden. En niet alleen op Strava maar ook indoor, in een virtuele koers. Op 26 februari is er een heus NK Zwift. Er wordt gereden in vier categorieën. De vrienden van 'hetiskoers' zetten alle voordelen van Zwiften op een rij.
Cyclingweekly benoemde acht bike trends voor 2017. Voor mij sprong het meest in het oog de 3D printed bicycle. '2017 zou weleens het jaar kunnen zijn waarin we fietsenmerken serieus zien experimenteren met de techniek.'
Nieuwe kansen
De Rabobank is dood, leve de Rabobank. Eind 2016 nam de Rabobank definitief afscheid van de wedstrijdsport. Nu de fameuze opleidingsploeg - waar vrijwel alle toppers heen trokken – stopt, liggen er ook kansen. Er komt weer meer spreiding tussen de Nederlandse continentale opleidingsploegen. Die spreiding zorgt voor meer concurrentie en dus een hoger niveau vanwege de drang naar efficiëntie en betwistbaarheid. Dat hogere niveau levert betere opleidingen op. Met ploegen als Metec-TKH, SEG Racing Academy, Baby Dump en Delta Cycling Rotterdam wordt er met beperkte middelen maar veelal profwaardige faciliteiten keihard aan een volgende stap voor de renners gewerkt. Eind 2017 zal Lotto-Jumbo mogelijk met een eigen continental team voor 2018 komen. Tegen die tijd weten we ook al een beetje of de Rabobank gemist wordt.
De sport is volop in beweging. Voorwaarts.
Video: 3D Printed Bicycle van TU Delft en MX3D
Headerfoto: David Greenwell
