Dood door schuld van de KNVB

De KNVB zou het WK 2022 in Qatar moeten boycotten, of althans hiermee moeten dreigen en een voortrekkersrol moeten innemen om een statement te maken om op te komen voor de mensenrechten op het Arabische eiland.

'Dood door schuld van de Koninklijke Nederlandse Voetbalbond (KNVB)', zo luidt de kop boven deze column. Een volstrekte idiote stelling, toch? Of misschien toch niet…

Het wereldkampioenschap voetbal 2022 in Qatar lijkt nog zo ontzettend ver weg en dat klopt ook wel, maar des te triester en schrikbarender is het aantal doden dat dusver is gevallen in de nog korte aanloop ernaartoe: de schattingen en beweringen variëren van enkele honderden tot ruim duizend doden. De verwachting is dat het aantal zal oplopen tot ongeveer vierduizend duizend doden alvorens het mondiale feestje - van ons allen - losbarst (International Trade Union Confederation, 2014, p. 14).

Fijne gedachte zo tussen alle feestdagen door in de maanden november en december in 2022, want ja, het wereldkampioenschap vindt voor het eerst sinds haar bestaan plaats in de wintermaanden. De finale wordt gespeeld op 18 december, waarna we daarna gewoon rustig over kunnen gaan in de kerststemming waarbij liefde, warmte en vrede met en voor elkaar centraal staan. En in plaats van een biertje en een bitterbal, nemen we toch lekker een kopje warme chocolademelk met een oliebol.

"Wij kunnen toch niet zonder blikken of blozen afreizen naar een van de grootste (sport)evenementen in de wereld, waarbij vele duizenden mensen hun leven verloren hebben"

Volgens mij is mijn punt tot dusver wel helder. Nog los van het feit of wij ons plaatsen voor het wereldkampioenschap van 2022, gezien de malaise van de afgelopen kwalificatiewedstrijden voor het EK voetbal 2016 in Frankrijk, zouden wij als groot voetballand op zijn minst een keihard statement moeten maken. Het kan toch niet zo zijn dat wij zonder blikken of blozen afreizen naar een van de grootste (sport)evenementen in de wereld, waarbij vele duizenden mensen hun leven verloren hebben. Nog los van de vele beschuldigingen en bewijstukken van corruptie omtrent de toewijzing van het wereldkampioenschap aan Qatar.

Indien de KNVB ervoor kiest om - in geval van kwalificatie - ‘gewoon’ af te reizen naar het Arabische schiereiland, dan maakt de voetbalbond zich medeplichtig aan moord. Ditzelfde geldt dan voor alle andere voetbalbonden die hiervoor kiezen. Als Nederland en de KNVB zouden wij onze stem moeten laten horen tegen schending van mensenrechten en corruptie. En dit onder het motto: als er één leeuw over de dam is, volgen er meer…

Nu is het mijn intentie absoluut niet om de KNVB, of überhaupt iemand van de bond daadwerkelijk te beschuldigen van medeplichtigheid of dood door schuld. Wel is mijn intentie om de misstanden in Qatar stellig aan te kaarten en een (gezamenlijke) boycot (met andere grote voetballanden) daadwerkelijk te overwegen.

Passieve medeplichtigheid

Leuk natuurlijk zo’n kreet als ‘dood door schuld', maar wat houdt dat eigenlijk in? Wanneer kan dit daadwerkelijk iemand ten laste worden gelegd? In dit geval na de vele doden in Qatar, hetzij door ongelukken op de werkplaatsen, dan wel na hartaanvallen (veroorzaakt door levensbedreigende hittestress) of na ziekte door onmenselijke leefomstandigheden. Ze staan allemaal in verband met de leef- en werkomstandigheden van de arbeiders in Qatar (International Trade Union Confederation, 2014, p. 14). Menselijke leefomstandigheden met schoon drinkwater, voldoende rust en voedsel zijn basisbehoeftes die ieder mens verdient. Helemaal in een welvarend land als Qatar zou dat heel goed te realiseren moeten zijn.

De term die het best past bij 'dood door schuld' is in dit geval ‘passieve medeplichtigheid’: het opzettelijk nalaten, terwijl handelen is geboden (en ook mogelijk is) op grond van een rechtens erkende zorgplicht of een voorafgaand handelen (Kwakman, 2015).

De impact van voetbal

Waarom maken wij überhaupt zo'n groot punt van voetbal? Is de impact van sport, en in dit geval voetbal, nou echt van zodanig belang om daarover politieke discussies te voeren en zelfs over te gaan tot een boycot van een van de grootste evenementen ter wereld? Ja, zo groot is de impact van voetbal absoluut. Ter illustratie een aantal feiten:

• 209 landen aangesloten bij de Fédération Internationale de Football Association (FIFA, de internationale organisatie voor het voetbal). Daarmee is het bijvoorbeeld groter dan het Internationaal Olympisch Comité (IOC), waarbij 207 landen zijn bij aangesloten (Jeffree, 2015).
• 700 miljoen kijkers bij de WK-finale tussen Nederland en Spanje in 2010 (Roxborough & Jones, geciteerd in Pielke, 2010). De wedstrijd Verenigde Staten–Ghana werd door net zoveel Amerikanen bekeken als het gemiddelde aantal kijkers van het voorgaande seizoen Baseball World Series (Pielke Jr., 2012). Dit terwijl voetbal in de Verenigde Staten eigenlijk een ‘kleine sport’ is ten opzichte van baseball (lees honkbal).
• Voetbal op zich is niet zozeer ‘big business’ wanneer er wordt gekeken naar haar financiën in vergelijking met de algehele economie (Kuper & Szymanski, 2009). Maar de voetbalgerelateerde activiteiten daarentegen zijn ontzettend groot en hebben steeds meer invloed op het grootkapitaal. Zo is bijvoorbeeld de verwachting dat Qatar meer dan tien miljard (!) zal investeren in de lokale infrastructuur (Pielke Jr., 2012). Dit staat nog los van investeringen in nieuwe hotels, een nieuwe luchthaven en de renovatie/bouw van stadions. Nu is dit niet allemaal gelijk toe te schrijven op het conto van het WK-voetbal, maar het brengt dit zeker wel in stroomversnelling. Ook leveren de televisierechten nu al vele miljarden op.
• De (commerciële) belangen omvatten vele sponsoren en andere gigantische multinationals. Denk hierbij aan bijvoorbeeld Adidas, Heineken, Coca Cola, Mac Donalds, Hyundai, VISA en Emirates. Dit toont aan dat het niet alleen maar om voetbal gaat. Integendeel zelfs, voetbal is een middel/spelletje geworden van invloedrijke partijen en organisaties uit voornamelijk Azië.

Mensenrechten

Het Europese strafrecht hanteert ‘het recht op vrijwaring van slavernij en dwangarbeid’. Dit is het recht om niet te worden gedwongen tot dwangarbeid. Artikel 4 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens zegt het volgende: 'niemand mag in slavernij of dienstbaarheid worden gehouden. Niemand mag gedwongen worden dwangarbeid of verplichte arbeid te verrichten' (Corstens & Pradel, 2003).

In Nederland streven wij ook de Europese rechten van de mens na. Dit betekent dat wij – als vanzelfsprekend eigenlijk – tegen elke vorm van dwangarbeid of slavernij (moeten) zijn. En volgens mij – als ik uit ga van het bovenstaande artikel - druk ik mij nog zacht uit als ik zeg dat in Qatar deze mensenrechten niet worden nageleefd. CNV-bestuurders - onderdeel van de groep inspecteurs in Qatar - zeiden eerder het volgende over de situatie van de arbeiders in Qatar: 'Zeer slecht. Ook de huisvesting van de migranten uit landen als Nepal, India en de Filipijnen is belabberd. Een hond heeft nog een beter hok' (ANP/Novum, 2013).

"Het Wetboek van Strafrecht van Qatar bevat bepalingen om een persoon voor maximaal vijf jaar in hechtenis te nemen bij het kritiek leveren op de (vice-)president van de Golfstaat"

Daarnaast worden ook zaken als innemen van het paspoort, geld vragen voor een werkvergunning - terwijl de arbeiders al onderbetaald worden - en beperking van de bewegingsvrijheid genoemd. Nu kan als tegenargument worden gezegd dat het nieuws uit 2013 is, maar uit een onlangs verschenen rapport van mensenrechtenorganisatie Amnesty International blijkt dat er in de tussentijd weinig is veranderd. Onderzoeker van Amnesty International, Mustafa Qadri, zei hierover het volgende: 'In de praktijk is er geen vooruitgang geboekt. Arbeiders kunnen zonder toestemming het land niet verlaten, hebben te maken met onmenselijke woonsituaties en ongezonde werkomstandigheden' (ANP/NU.nl, 2015).

Een WK biedt vele honderden, zo niet duizenden journalisten, een podium om te schrijven over wat zij meemaken, zien, dan wel onderzoeken. Deze vrijheid is ons dierbaar, maar in Qatar is dit zeker niet zo vanzelfsprekend. In september 2014 heeft de staat een wet ingevoerd die duidelijk een bedreiging vormt voor de vrijheid van meningsuiting, namelijk een wet ‘inzake de bestrijding van elektronische misdaden’.

Deze wet, met vaag omschreven bepalingen, staat toe om personen te vervolgen die ‘fout nieuws publiceren met als doel om de openbare orde te verstoren’ of nieuws dat ‘inbreuk maakt op de sociale principes en waarden van het land’. Tevens bevat het Wetboek van Strafrecht van Qatar bepalingen om een persoon voor maximaal vijf jaar in hechtenis te nemen bij het kritiek leveren op de (vice-)president van de Golfstaat.

Dit is natuurlijk in strijd met de vrijheid van meningsuiting van het internationaal recht. Zo werden in augustus 2014 twee Britse journalisten, die de levens- en arbeidsomstandigheden van de arbeiders onderzochten, zonder enige aanleiding veertien dagen vastgehouden (Human Right Watch, 2015).

'When you work in Qatar you belong to someone. You are not free. You are a slave.'
'We know the image that will be shown of Qatar when organising the World Cup. When you live there, you see how inhumanly the workers are treated. This is killing thousands of workers. That’s why I protest against the 2022 World Cup in Qatar… How can we play in a stadium that is build [sic] with blood?'

Dit zijn de woorden van Abdeslam Ouaddou, de in Frankrijk geboren oud-international van het Marokkaanse nationale elftal (vijftig interlands). Hij kwam uit voor verscheidene (grote) clubs uit verschillende landen, zoals Spanje, Frankrijk en Engeland alvorens hij naar Qatar vertrok. Daar kwam hij één seizoen uit voor Lekhwiya, waarna hij gedwongen werd over te stappen naar Qatar SC (beide clubs waren van de toenmalige kroonprins Sheikh Tamim bin Hamad al Thani). Daar was hij minder succesvol. Na vijf maanden geen salaris meer ontvangen te hebben wilde hij zijn contract ontbinden en vroeg hij om een ´exit-visa’, zodat hij het land kon verlaten. Deze kreeg hij niet. Hij moest eerst zijn aanklacht bij de FIFA (de klacht voor het niet ontvangen van zijn salaris) intrekken. Vervolgens dreigde Abdeslam om groeperingen omtrent de rechten van de mens in te schakelen, waardoor hij alsnog zijn visa ontving. Dit is typisch een voorbeeld van het zogenaamde ‘Kafala-systeem’.

Het Kafala-systeem

Wanneer zelfs professionele atleten niet aan dit systeem ontkomen, hoe onmogelijk moet dit dan zijn voor de ‘normale arbeider’. Sterker nog, het Qatarese systeem lijkt hand-in-hand te gaan met de werkgevers die trachten om zoveel mogelijk de rechten van de arbeiders te beperken (Erfani, 2015).

Het Kafala-systeem stelt werkgevers in staat om volledige controle over hun werknemers te hebben (International Trade Union Confederation, 2014). Dit betekent dat zij bepalen waar de arbeider verblijft, waar hij werkt en zelfs of hij het land mag verlaten. De arbeiders zijn bang om hier tegen in opstand te komen, vanwege mogelijke vergelding. Dit leidt ertoe dat zij genoodzaakt zijn om dwangarbeid te verrichten.

Zo worden ook buitenlandse ambassades door de lokale autoriteiten monddood gemaakt als het gaat over de massale dood van de arbeiders (International Trade Union Confederation, 2014). De ambassades zijn bang voor represailles en bagatelliseren of ontkennen daarom de arbeidsgerelateerde doden. Daarnaast constateerde International Trade Union Confederation (ITUC) ook dat vrouwen, kinderen zonder echtgenoten of mannelijke sponsoren en slachtoffers van (seksueel) misbruik worden opgesloten in overvolle en onhygiënische kampen. Ambassades krijgen geen (volledige) toegang tot deze kampen en ook worden er geen gegevens beschikbaar gesteld over de personen die in deze centra verblijven. Met dit lijstje kan ik nog wel even doorgaan. Helaas!

Temperaturen

De (sport)wereld stond op haar achterste benen over de gezondheid van de topsporters en toeschouwers toen men hoorde over de klimatologische omstandigheden in Qatar. Het was onverantwoord, gevaarlijk en men moest er koste wat het kost iets aan doen. Dit is natuurlijk helemaal terecht, vooral wanneer we naar de topsporters kijken die gedurende het toernooi ‘zware arbeid’ verrichten. Dit probleem is nu enigszins getackeld door de verplaatsing van het toernooi naar de maanden november en december. En daarnaast zal het de sporters aan professionele begeleiding en voorbereiding ook ontbreken. Ook over de situatie van de toeschouwers valt natuurlijk wat te zeggen. Alhoewel, zij zullen zich in de stadions met airco prima redden.

Gemakshalve wordt de situatie van de arbeiders nauwelijks tot niet belicht. Als we het over ‘zware arbeid’ hebben, dan kunt u er gerust van uit gaan dat zij dit ook verrichten. Tijdens het zomerseizoen varieert de temperatuur in Qatar van ± 26 tot 46 graden. Dit in combinatie met een luchtvochtigheid van bijna honderd procent kan leiden tot een gevoelstemperatuur van boven de 50 graden (Sofotasiou, Hughes, & Calautit, 2015, p. 2).

"In Qatar gaat het niet meer om ongelukken, maar om structureel nalatenschap, uitputting en dwangarbeid"

Deze temperaturen zijn aanzienlijk hoger dan de drempel die het National Oceanic and Atmospheric Administration (NOAA) hanteert in haar warmte-stressindex. Dit soort temperaturen zijn uiterst gevaarlijk. Diverse experimentele studies hebben aangetoond dat de gezondheid serieus in gevaar wordt gebracht wanneer er zwaar arbeid wordt geleverd in dat soort temperaturen (Sofotasiou, Hughes, & Calautit, 2015, p. 3). Hierdoor kan het lichaamstemperatuur zelfs stijgen tot 41,5 graden. Denk verder aan de erbarmelijke leefomstandigheden, werkdagen van geregeld meer dan vijftien uur en maximaal één vrije dag in de week.

Tot slot
Een veel gehoord tegenargument dat ik hoor is dat er bij de organisatie van elk WK of groot sportevenement doden vallen. Dit klopt. Ongelukken gebeuren nou eenmaal helaas, maar dit zijn ‘ongelukken’. In Qatar gaat het niet meer om ongelukken, maar om structureel nalatenschap, uitputting en dwangarbeid. Ter illustratie het dodenaantal onder arbeiders bij de grote sportevenementen van de 21e eeuw (International Trade Union Confederation, 2014, p. 15):

Tabel 1. Arbeiders sterftegevallen mega sportevenementen sinds 2000

Een ander onderwerp dat eigenlijk bij elke grote sportevenement weer terug keert is dat sport en politiek gescheiden moeten blijven. Hier wil ik alleen de woorden van een van de grootsten der aarde tegenover zetten:

'Sports have the power to change the world. It has the power to inspire, the power to unite people in a way that little else does. It speaks to youth in a language they understand. Sports can create hope, where there was once only despair. It is more powerful than governments in breaking down racial barriers. It laughs in the face of all types of discrimination. Sports is the game of lovers.'

Conclusie

Het spreken van ‘ongelukjes’ in Qatar is mijn ogen bijzonder disrespectvol. Ruim duizend doden terwijl het nog zes jaar duurt voordat de eerste bal zal rolt op het WK is totaal ‘van de zotte’ zoals onze zuiderburen zouden zeggen. Dat dit überhaupt nog mogelijk is bij een van de grootste sportevenementen van de wereld anno 2015 is onverteerbaar. Arbeiders die door het Kafala-systeem volledig afhankelijk zijn van hun werkgevers, onmenselijke werk- en leefomstandigheden en uitbuiting zijn toch geen zaken waarmee wij ons als land, bond of zelfs persoonlijk mee willen associëren? Wanneer de KNVB er toch voor kiest om ‘gewoon’ af te reizen naar Qatar en deel te nemen aan het WK, dan vind ik dat je mag spreken van passieve medeplichtigheid aan de dood van duizenden arbeiders.

Mijn intentie is niet om iemand daadwerkelijk te beschuldigen hiervan. Wel is mijn intentie om deze kwestie duidelijk op de kaart te zetten en aan te zetten tot daadkrachtige stappen van een groot (voetbal)land.