Nieuwe strijd om de Formule 1-kijker

Max Verstappen rijdt in de eerste race in z’n nieuwe wagen naar de overwinning. Prachtige televisie met historisch commentaar. Nederland is een sportheld rijker. Ruim 1,1 miljoen fans zaten zondagmiddag aan de buis gekluisterd. Erg veel voor Ziggo Sport, de zender die beschikt over de live-uitzendrechten van de Formule 1. Eenieder zonder Ziggo-abonnement moest betalen voor de live race (pay-per-view) of wachten op de korte samenvatting van de NOS later die avond. En dus werd het debat een dag na de historische overwinning van Max geopend. Volgens de NOS zou Formule 1 voor iedereen via het openbare net te zien moeten zijn. Maar kan dat wel? En moet zoiets kunnen?

De dag na de winst van de 18-jarige Verstappen beschreef het AD het gevoel dat heerst bij de NOS. "Je kan je afvragen of zoiets alleen bij Ziggo te zien moet zijn,” aldus NOS-directeur Jan de Jong. “Ik vind het niet gek dat zo'n evenement met een Nederlandse deelname op een open zender te zien is. Dan zou Formule 1 op de evenementenlijst moeten, net als bijvoorbeeld schaatsen nu. Maar dat is een politieke kwestie."

En dat is ook wat er gebeurt, want er gaan inderdaad Kamervragen over gesteld worden. Maar is dit terecht? Heeft Ziggo Sport niet gewoon erg slim gehandeld door als jonge zender de rechten te kopen waar andere (openbare) zenders dit ook hadden kunnen doen? Een interessante discussie met veel gevoeligheden, (commerciële) belangen en vragen. Hoe zit het nu precies met mediarechten, pay-per-view en de evenementenlijst? Onderwerpen ook die wij bij de opleiding SPECO Sport & Media uitvoerig behandelen in colleges.

ZIE OOK: Twitterreacties op de historische zege van Max Verstappen

Uitzendrechten

Even beginnen met de feiten. Ziggo Sport heeft de live-uitzendrechten van de Formule 1 gekocht. Dit betekent dat Ziggo-abonnees deze kunnen bekijken via de zender Ziggo Sport. Ziggo heeft als grootste kabelaar van Nederland ruim 4 miljoen klanten. Huishoudens die televisie afnemen van bijvoorbeeld KPN kunnen niet gratis naar de Grands Prix kijken, zij kunnen de races tegen betaling kijken (pay-per-view). Extra gevoelig is dat Ziggo geen landelijke dekking heeft en niet iedereen in Nederland dus die keuze heeft.

De NOS beschikt over de samenvattingsrechten van de Formule 1. Dit houdt in dat zij vanaf twee uur na de race vijf minuten van van de Grand Prix mogen uitzenden.

Op zich is deze situatie het gevolg van een commerciële strijd om content en uitzendrechten. Kan die evenementenlijst daar opeens komen tussenfietsen?

Evenementenlijst

Nu de Oranje-voetbalhelden niet meer voor een euforisch samenhorigheidsgevoel zorgen is het aan Formule 1 om dat te leveren. En dus moet deze sport volgens sommigen zo snel mogelijk live op een openbare zender die alle Nederlanders gratis kunnen bekijken. Dat de discussie nu oplaait, is niet onlogisch. Maar laten we eens bekijken of dat ook zomaar kan en wat de regelgeving hieromtrent inhoudt.

Als sportevenementen van een aanzienlijk belang zijn voor een samenleving, dan kunnen ze voor het grote publiek toegankelijk gehouden worden door de evenementenlijst-regeling die is opgenomen in de Audiovisuele Mediadiensten Richtlijn.

"Iedere lidstaat kan in overeenstemming met het recht van de Unie maatregelen treffen om ervoor te zorgen dat onder zijn bevoegdheid vallende omroeporganisaties evenementen die door die lidstaat van aanzienlijk belang voor de samenleving worden geacht, niet op een exclusieve basis uitzenden op zodanige wijze dat een belangrijk deel van het publiek in die lidstaat dergelijke evenementen niet via rechtstreekse of uitgestelde verslaggeving op de kosteloze televisie kan volgen. In dat geval stelt de betrokken lidstaat een lijst van aangewezen nationale of niet-nationale evenementen op die hij van aanzienlijk belang voor de samenleving acht. De lidstaat doet dit te gepasten tijde op duidelijke en transparante wijze. Daarbij bepaalt de betrokken lidstaat tevens of deze evenementen via volledige of gedeeltelijke rechtstreekse verslaggeving dan wel, waar nodig of passend om objectieve redenen van openbaar belang, via volledige of gedeeltelijke uitgestelde verslaggeving beschikbaar moeten zijn."

De richtlijn bevat geen definitie van 'evenementen van aanzienlijk belang voor de samenleving'. Het is aan de lidstaten zelf om dit begrip in te vullen in functie van hun eigen omstandigheden. Kan Nederland dan opeens Formule 1 aan de lijst toevoegen nu er ineens een Nederlander succesvol is? Eigenlijk is het de bedoeling dat zo’n lijst opgemaakt wordt op basis van tradities die bestaan in een land. Vaak gaat het dan over sporten die traditioneel tot de cultuur van een land behoren. Zoals schaatsen in Nederland of veldrijden in België. En laten we wel zijn; Formule 1 behoort niet tot de zogenaamde traditionele Nederlandse sporten. De geest van de richtlijn was niet om er zomaar ad hoc sporten/evenementen aan toe te voegen.

Maar wanneer je in detail kijkt naar de voorwaarden waar sportevenementen aan moeten voldoen om op die lijst te komen, merk je dat de Max-rage er misschien toch voor kan zorgen dat ook Formule 1 erbij komt. 

Een sportevenement kan namelijk op de lijst gezet worden als er aan minstens twee van de volgende voorwaarden voldaan zijn: 1) het evenement heeft een belangrijke algemene nieuwswaarde en ontlokt een brede interesse bij het publiek; 2) het evenement vindt plaats in het kader van een belangrijke internationale competitie of is een wedstrijd waaraan de nationale ploeg deelneemt; 3) het evenement behoort tot een belangrijke sportdiscipline of heeft een belangrijke culturele waarde in de lidstaat; 4) het evenement haalt hoge kijkcijfers in zijn categorie.

Kan je daarenboven niet beargumenteren dat – zoals wel vaker het geval is met kaders die opgelegd worden door overheden – we vandaag in een wereld leven die sneller beweegt en waar we deze dus ook sneller moeten kunnen aanpassen? Een valide argument. Maar de bijkomende bedenking die we toch moeten toevoegen aan het debat, is de onzekerheid die dit met zich meebrengt voor de spelers binnen de zogenaamde sportmediadriehoek die in deze betrokken partij zijn.

Sportmediadriehoek

Voor de belangrijkste speler binnen die sportmediadriehoek, de fans, zou het natuurlijk een goede zaak zijn om Formule 1 op een open net te brengen. Max is populair, dus zijn er nu heel wat fans. En elke Nederlander die succesvol is mag genieten van de Oranje-ondersteuning, dus er zouden vast heel wat kijkers hem voor de buis of voor het laptopscherm aanmoedigen. 

Voor de tweede speler binnen de sportmediadriehoek, commerciële organisaties, zou het enerzijds een goede zaak zijn voor de sponsoren. Zij krijgen een groter kijkpubliek en dus een ruimere exposure. Maar bedrijven die adverteren op de betaalzenders verliezen dan weer hun kans om een ruim publiek kijkers te bereiken.

Ten slotte; de televisiezenders die betaald hebben voor de exclusieve uitzendrechten van de Formule 1. Wanneer we de mogelijkheid inbouwen dat de regels opeens snel kunnen wijzigen wat betreft het uitzenden van de sport waar zij voor betaald hebben, dan verliest hun investering aan waarde. Wie gaat hen compenseren voor het geleden verlies? Ook de sportorganisatie zelf, in dit geval zou de F1 dan inkomsten verliezen op termijn want welke zender neemt het risico grote bedragen neer te leggen wanneer de kans bestaat dat opeens de sport waarin hij investeert toch op een open net moet? 

Oplossingen

Het gaat heel hard in de sportmedia-wereld. Bijna net zo hard als Max gaat. Nieuwe media zorgen ervoor dat niet enkel de televisiebeelden, maar ook allerlei extra content de wereld ingestuurd kunnen worden. Zeker in spectaculaire sporten als Formule 1 zorgen nieuwe cameraposities voor extra kansen. Ligt de oplossing voor de honger van de Nederlander om meer Max te zien niet in een combinatie van het ‘recht op korte berichtgeving’ en de explosie aan nieuwe content die in alle sporten de laatste jaren is doorgedrongen?

De Audiovisuele Mediadiensten Richtlijn bouwde het 'recht op korte berichtgeving' in om tegemoet te komen aan de bezorgdheid dat er slechts op één omroep informatie te verkrijgen zou zijn over een bepaald sportevenement waardoor het recht op informatie van de burger in het gedrang zou komen.

"De lidstaten zorgen ervoor dat, met het oog op korte nieuwsverslagen, alle in de Unie gevestigde omroeporganisaties op billijke, redelijke en niet-discriminerende basis toegang hebben tot evenementen van groot belang voor het publiek die op basis van exclusiviteit door een onder hun rechtsbevoegdheid vallende omroeporganisatie worden uitgezonden."

Ook openbare omroepen hebben dus recht op die content. Maar waarom wachten tot twee uur na de race? Waarom vandaag nog moeilijk doen als exclusieve rechtenhouder over het vrijwaren van al je beelden, ook tijdens de live-uitzending? Niet alle content waar je live over kan beschikken zal ook (meteen) uitgezonden worden. Waarom niet bepaalde beelden toch al live ter beschikking stellen aan open netten, wanneer die erom vragen. Zoals bijvoorbeeld beelden vanuit de paddock waar het team van Max de laatste ronde beleeft. Of camerabeelden vanuit een volgelperspectief die lang niet dezelfde beleving leveren als wat vandaag nog meer mogelijk is, maar toch een zeker element van de spanning van de wedstrijd kan bieden. Daar kan dan zelfs ook het commentaar bij vrijgegeven worden. De fan die echt nog meer wil zien, kan dan betalen voor beelden via de rechtenhouder.

Bekijk de uitzending van SPECO over F1 en de evenementenlijst:


Win-winsituatie

Een win-winsituatie, zo lijkt het ons. Want de openbare omroep kan haar informatiefunctie invullen en de Nederlander laten meeleven met de sportprestatie van een nieuwe nationale held. De rechtenhouder kan nog steeds exclusiviteit aanbieden aan zij die ervoor willen betalen. Het zal de hype nog meer voeden en misschien ook een nieuwe doelgroep aanboren die toch ook alle beelden wil zien en dus ook een abonnement zal nemen op hun zender om die beelden meteen al live te kunnen bekijken.

Deze blog kwam tot stand met medewerking van René Foolen (docent sportmedia bij SPECO (Fontys Economische Hogeschool Tilburg)).


Foto's: Flickr (CC) Mubarak Fahad, Flickr (CC) Mike Boudreaux